Blauwe bessen

 

Taxonomische indeling
Rijk: Plantae (Planten)
Stam: Embryophyta (Landplanten)
Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade: Bedektzadigen
Clade: 'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade: Asteriden
Orde: Ericales
Familie: Ericaceae (Heidefamilie)
Geslacht: Vaccinium (Bosbes)

Oorsprong

De blauwe bessen of Amerikaanse bosbessen zijn in de jaren '50 uit Noord-Amerika geïmporteerd, waar ze een volkomen wild verleden hebben. De iets kleinere, in de natuur voorkomende blauwe bes

stond zelfs in hoog aanzien bij de indianen, die ze ook als medicijn gebruikten. De veredelde soorten zijn in de Verenigde Staten al meer dan een halve eeuw de belangrijkste kleinfruitsoort.
Niet alleen in Nederland en België treft men blauwe bessen aan, maar ook in Noord-Amerika, Duitsland, Chili, Nieuw-Zeeland, Australië, Zuid-Afrika en Polen.

 

Wetenschappelijk

De geteelde blauwe bessen stammen af van Amerikaanse soorten, met als wetenschappelijke naam vaccinium (Latijn voor bosbes) corymbosum ("met tuilen" of "tuildragend").
De cultuur-blauwbessen behoren tot de grote familie van de Ericaceae . Daarom is een zure (pH tussen 3,5 en 4,5), humusrijke, luchtige (zand)grond onontbeerlijk. In de tuin bij u thuis zijn deze omstandigheden gemakkelijk te creëren, door een bed of plantgat met veel turf, bladgrond, houtafval of ander zuur materiaal voor te bereiden.
De Blauwe bes of Amerikaanse bosbes groeit als een struik en kan 1,5 tot 2 meter hoog worden en behoorlijk breed. De planten kunnen zeer oud worden (30 - 40 jaar). De planten zijn winterhard en zelfbestuivend: dus ook één exemplaar in de tuin is vruchtdragend.

Blauwe bessenstruiken hoeven maar eens in de drie jaar gesnoeid te worden: best in het vroege voorjaar. Verwijder oud, afgedragen, grijsgekleurd vruchthout. Maar let op: op het jonge, mooi roodgekleurde hout in de winter zitten de bloemknoppen voor het volgend seizoen!

De bessen rijpen van juni tot september, afhankelijk van de cultuurvariëteit. Aanvankelijk zijn de bessen groen, later rood. Uiteindelijk zijn de bessen, afhankelijk van het ras, licht- tot donkerblauw en min of meer bedauwd. De bes heeft lichtgroen, vrijwel kleurloos vruchtvlees. De wilde bosbes is daarentegen ook van binnen blauw. 

Oogst en bloei

De aanvoerperiode van het vers product vindt plaats van juli tot en met september. Wanneer gebruik wordt gemaakt van kassen en/of tunnels, is het zelfs mogelijk reeds vanaf mei verse bessen te produceren. Dankzij moderne koeltechnieken is het bovendien mogelijk om de aanvoer van blauwe bessen zelfs te verlengen tot december.
In de maanden oktober/november krijgt het blad een herfstkleur. Van december tot mei zijn de planten zonder blad. In april, mei staan ze in de bloesem.

Rassen

Door middel van een geschikte rassenkeuze kan de oogst gespreid worden. Er kan een onderverdeling gemaakt worden in vroege, midden en late rassen. Ons bedrijf beschikt over een 15-tal rassen (cultivars) en op die manier zijn wij in staat om gedurende een periode van ongeveer drie maanden (juli, augustus en september) bessen te leveren. 

  • 'Bluetta' Zeer vroeg rijpend. Matig grote vruchten. Goede smaak. Tamelijk vatbaar voor taksterfte.
  • 'Duke': Zeer vroeg rijpend. Tamelijk grote vruchten. Goede smaak. Weinig vatbaar voor taksterfte.
  • 'Patriot': Vroeg rijpend. Grote vruchten. Goede smaak. Erg winterhard.
  • 'Spartan': Rijpt vroeg. Zeer grote vruchten met een erg goede smaak. Lijkt weinig vatbaar voor ziekten.
  • 'Berkeley': Rijpt middentijds. Zeer grote vruchten. Goede smaak. Tamelijk vatbaar voor taksterfte en wintervorst.
  • 'Bluecrop': Rijpt middentijds. Grote mooie stevige lichtblauwe vruchten met een goede smaak. Weinig vatbaar voor taksterfte en wintervorst.
  • 'Brigitta Blue': Rijpt middentijds. Relatief korte oogstperiode. Grote zeer goed houdbare bessen met een goede smaak.
  • 'Goldtraube 71': Rijpt middentijds. Matig grote iets donkere vruchten. Goede smaak. Zeer weinig vatbaar voor taksterfte. Ontstaan uit een kruising van Vaccinium corymbosum met Vaccinium angustifolium
  • 'Dixi' Rijpt laat. Tamelijk grote iets donkere vruchten. Tamelijk goede smaak (aan het begin van de oogst beter dan later). Lijkt matig vatbaar voor taksterfte.
  • 'Elliott': Rijpt zeer laat met een soms lange oogstperiode. Matig grote lichtblauwe vruchten met een goede smaak. Lijkt weinig vatbaar voor taksterfte.